Nieuwsberichten 14.04.2015

foodwatch eist voor de rechter openheid van NVWA rondom paardenvleesschandaal Selten

foodwatch pleitte vandaag in de Rechtbank van Amsterdam voor openheid over de namen van bedrijven en eindproducten die betrokken waren bij het paardenvleesschandaal rondom Willy Selten. Nadat in 2013 het paardenvleesschandaal aan het licht kwam heeft foodwatch namens consumenten volledige openheid geëist van de NVWA door middel van de Wet Openbaar Bestuur (WOB). De NVWA verwierp het verzoek in eerste instantie, en gaf na bezwaar slechts een deel van de gevraagde informatie vrij. Onacceptabel, oordeelde foodwatch en besloot daarom in beroep te gaan en naar de rechter te stappen. foodwatch begrijpt niet waarom de NVWA geen openheid wil geven terwijl consumenten, politiek en het bedrijfsleven juist om meer transparantie vragen. De zaak diende vandaag tussen 9:00 – 10:30 uur in de rechtbank van Amsterdam. Gedurende de zitting werd opnieuw duidelijk dat de NVWA de belangen van bedrijven boven die van consumenten stelde. foodwatch pleitte ervoor dat transparantie juist het beschadigde vertrouwen van consumenten kan herstellen. De uitspraak van de voorzieningenrechter volgt op 26 mei.

Over de zitting

De zitting, die anderhalf uur in beslag nam, werd door een meervoudige kamer behandeld (3 rechters). Duidelijk werd opnieuw dat de NVWA het argument dat openheid tot reputatieschade van de betrokken bedrijven kan leiden, vooropstelt. Dit punt kon echter niet op basis van feiten of onderzoek worden onderbouwd. Ook kon de NVWA niet zeggen wat de acties van de NVWA waren bij bedrijven die hadden gemeld geen vervolg te hebben gegeven aan de recall. De autoriteit probeerde zich op basis van procedurele regels aan openheid te onttrekken. Zo werd aangevoerd dat het niet mogelijk is de WOB in te zetten voor belangen van derden (in dit geval de consument), en dat bepaalde gevraagde informatie nog niet beschikbaar was op het moment dat foodwatch het verzoek indiende.

“Het is bijzonder kwalijk dat de NVWA, die er juist is om de consument te beschermen tegen fraude en gezondheidsrisico's, zo terughoudend is in het bieden van de noodzakelijke transparantie,” aldus Ilse Griek, directeur foodwatch Nederland. “Bovendien is het argument dat de industrie hiermee beschermd wordt simpelweg niet langer vol te houden.”

Achtergrond

In april 2013 werd een gigantische partij van 50 miljoen kilo rundvlees van de markt teruggeroepen, omdat de NVWA het vlees niet geschikt achtte voor menselijke consumptie. Het vlees van vleesverwerker Willy Selten was mogelijk vermengd met paardenvlees. Ook de voedselveiligheid bleek in het geding, omdat de herkomst van het gemengde paardenvlees onbekend was en de NVWA het - voor mensen gevaarlijke - diergeneesmiddel fenylbutazon aantrof in paardenvlees van Selten. Bovendien kwam in de media naar voren dat er door Selten ook bedorven vlees op de markt was gebracht. Werknemers van het bedrijf lieten weten dat rot (groen uitgeslagen en stinkend) vlees werd gemengd met nieuw vlees, en vervolgens verkocht. De miljoenen kilo’s vlees werden teruggeroepen tot en met de supermarkten en restaurants, maar consumenten die het vlees mogelijk al hadden gekocht werden niet ingelicht. foodwatch vindt dat op deze manier de keuzevrijheid van consumenten is ontnomen. Sinds april 2013 probeert foodwatch daarom via de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB) deze - voor consumenten relevante - informatie van de NVWA boven tafel te krijgen. Nadat het verzoek in eerste instantie werd afgewezen maakte foodwatch bezwaar, en na anderhalf jaar juridisch touwtrekken willigde de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RON; de instantie die het bezwaar heeft behandeld) het verzoek alsnog gedeeltelijk in. foodwatch ontving een geanonimiseerde lijst van bij het schandaal betrokken producten. Echter uit de omschrijvingen van de producten konden een aantal merknamen alsnog herleid worden. foodwatch publiceerde deze merknamen eind 2014 op haar website. Ongeacht de lange periode die is verstreken sinds aanvang van het proces, is de uitkomst nog steeds van belang.

“Deze zaak dient als voorbeeld voor alle toekomstige gevallen van voedselfraude. Het mag natuurlijk nooit zo zijn dat uitstel van de NVWA het belang van de consument teniet doet. Het belang was er, en is er nog steeds”, aldus Griek.

Reputatieschade

De NVWA is van mening dat openbaarmaking van de namen van de afnemers zou kunnen leiden tot de genoemde reputatieschade bij de betrokken bedrijven en zou kunnen bijdragen aan een vertekend beeld in de publieke opinie. foodwatch vindt het onbegrijpelijk dat de overheid informatie achterhoudt omdat zij denkt dat de burger de informatie niet op de goede manier zou kunnen interpreteren. De politiek is het met foodwatch eens en inmiddels zijn er meerdere Kamervragen gesteld over de trage en beperkte informatievoorziening van de NVWA. Ook bedrijven uit de vleessector vragen in toenemende mate om meer transparantie, of nemen daartoe zelf het voortouw. Zo zei Vion topman Michiel Herkemij in een interview: 'Alleen transparantie kan ons redden'. foodwatch is het daarmee eens, meer openheid leidt juist tot herstel in het beschadigde consumentenvertrouwen en draagt bij aan een beter functionerende vleessector.

Britse consument beter ingelicht

Dat het openbaar maken van de door foodwatch opgevraagde informatie mogelijk is zien we in Groot-Brittannië waar de Food Standards Agency (FSA) afspraken maakte met alle betrokken bedrijven. Alle producten die positief werden bevonden op paardenvlees en/of het diergeneesmiddel fenylbutazon werden met naam en toenaam op een overzichtelijke website van de FSA geplaatst. foodwatch heeft contact opgenomen met de FSA om te vragen of dit tot reputatieschade bij de genoemde bedrijven heeft geleid. Hiervan was naar weten van de FSA geen sprake. Het is nu aan de rechters om uitspraak te doen in deze zaak. Het vonnis wordt op 26 mei verwacht.

Strafzaak Willy Selten

Inmiddels is vleesverwerker Willy Selten uit Oss veroordeeld tot tweeënhalf jaar celstraf. Dat heeft de rechtbank in Den Bosch afgelopen week dinsdag bepaald. Justitie had vijf jaar cel geëist tegen de vleesverwerker. De rechtbank oordeelde dat de vleeshandelaar bewust (goedkoper) paardenvlees als rundvlees heeft verkocht. Volgens de rechter heeft hij de volksgezondheid in gevaar gebracht, het imago van de vleesindustrie geschaad, grote maatschappelijke onrust veroorzaakt en heeft het handelen van Selten geleid tot gevoelens van angst en onveiligheid onder burgers.