E-mailactie tegen EU-sponsoring: veelgestelde vragen

Het is volstrekt onaanvaardbaar dat EU-voorzitterschappen sponsordeals sluiten met bedrijven die ambitieuze lobbyagenda's hebben. En waarvan de producten in directe tegenspraak zijn met het Europese beleid dat wordt ontwikkeld. De aanhoudende praktijk waarbij multinationals de voorzitterschappen van de Raad van de Europese Unie sponsoren moet stoppen. 

Het Duitse voorzitterschap (juli-december 2020) heeft ervoor gekozen geen onbetrouwbare sponsordeals te sluiten. Het komende Franse voorzitterschap zou hetzelfde moeten doen. NEE zeggen tegen bedrijfssponsoring moet de norm worden!

Zeven vragen en antwoorden op veelgestelde vragen rondom EU-sponsoring

Om de zes maanden, op 1 januari en 1 juli van elk jaar, neemt een Europese lidstaat het voorzitterschap van de Raad van de EU over. Dit is een belangrijke rol: beslissen welke wetsontwerpen de Raad met voorrang zal behandelen en daarover voorstellen doen, maar ook alle andere lidstaten vertegenwoordigen bij onderhandelingen met andere EU-instellingen.

Helaas werd bijna elk recent voorzitterschap (met de recente uitzondering van de Duitse regering, juli-december 2020) gesponsord door nationale of multinationale ondernemingen. Deze sponsoring bestaat uit goederen of diensten in natura (catering tijdens vergaderingen of evenementen, voertuigen om ministers en ambtenaren naar vergaderingen in het land te vervoeren, enzovoort) of soms gewoon contante betalingen.

Sommige voorzitterschappen hebben bedrijven platina of goud niveaus van sponsoring aangeboden, waarbij we door een gebrek aan transparantie geen idee hebben welke voordelen worden verleend (bv de Roemeense regering, januari-juni 2019). Andere voorzitterschappen hebben proactief geadverteerd voor sponsoring, waarbij zij "onbetaalbare publiciteit, prestige en versterkte merkherkenning voor hun diensten en producten" aanboden (Maltese regering, januari-juni 2017).

Bedrijfssponsoring is altijd een probleem, maar veel van de bedrijven waarmee Raadsvoorzitterschappen deals hebben gesloten, zijn bijzonder problematisch.

De Portugese regering heeft voor haar huidige voorzitterschap van de Raad sponsoring aanvaard van drie bedrijven, waaronder de distributeur van onder meer Pepsi, Lipton en Gatorade in Portugal (sumol + compal) en The Navigator Company, Europa's grootste papierproductenbedrijf die in verband is gebracht met monocultuurplantages en bosbranden in Portugal, en landroof in Mozambique.

Het Kroatische voorzitterschap (januari-juni 2020) heeft intussen het sponsorschap aanvaard van INA, een oliemaatschappij, en de autoproducenten Peugeot en Citroën. Voor het Finse voorzitterschap (juli-december 2019) was dat BMW; en voor het Roemeense voorzitterschap (januari-juni 2019) waren onder meer Coca-Cola, Mercedes en oliemaatschappij OMV Petrom de sponsors. Het Oostenrijkse voorzitterschap (juli-december 2018) werd onder meer gesponsord door Microsoft en Porsche, terwijl het Bulgaarse voorzitterschap (januari-juni 2018) maar liefst 50 particuliere sponsors aanvaardde! In feite gaat deze praktijk terug tot ten minste 2004.

Sommige van deze bedrijven zijn belangrijke EU-lobbyisten, die miljoenen euro's per jaar uitgeven om de beleidsvorming van de EU te beïnvloeden. Het is volkomen duidelijk waarom deze bedrijven zich willen inlaten met de voorzitterschappen van de Raad, de ministers van de lidstaten en de ambtenaren, zelfs als de volledige details van de voordelen die zij ontvangen voor het publiek verborgen worden gehouden.

De voorzitterschappen van de Raad ontvangen een deel van de EU-financiering om de kosten van de Raadszittingen, de vertolking en andere kosten te dekken. Maar voorzitterschappen organiseren vaak ook informele bijeenkomsten in het thuisland en de kosten daarvan worden meestal niet door de EU gedekt. Daarom voeren sommige regeringen aan dat zij sponsoring nodig hebben omdat de "uitgaven in verband met het voorzitterschap aanzienlijk zijn" (Portugal, januari-juni 2021).

Andere regeringen hebben aangevoerd dat zij volgens zogenaamde purchase rules aanbiedingen van sponsoring moesten aanvaarden (Estland, juli-december 2017).

Daarnaast zien sommige regeringen sponsoring als een kans om nationale merken bij een breder (en invloedrijk) publiek te promoten.

Wat foodwatch betreft hebben de Europese lidstaten de reputatieschade en het risico op belangenconflicten onderschat, die het gevolg kunnen zijn van dergelijke duistere deals.

Woedend over de sponsoring van het Roemeense Voorzitterschap door Coca-Cola in 2019, diende foodwatch een klacht in bij de Europese Ombudsman Emily O'Reilly, die het ermee eens was dat deze deals "reputatierisico's" met zich meebrengen voor de EU en dat er richtlijnen zouden moeten worden opgesteld.

Ondertussen hebben ook leden van het Europees Parlement hun grote bezorgdheid geuit over de "mogelijke reputatieschade en het risico van verlies van vertrouwen" in de EU, veroorzaakt door dergelijke sponsoring.

Als antwoord op de uitspraak van de Europese Ombudsman, hebben de EU lidstaten in de Raad meer dan een jaar besteed aan het bespreken van richtlijnen om bedrijfssponsoring te reguleren.

De uiteindelijke richtlijnen zijn echter zeer zwak. Ze verbieden de sponsoring niet, maar vragen in plaats daarvan enkel om meer transparantie. Volgens dit artikel behoorden de Franse en Portugese regeringen tot degenen die pleitten voor nog zwakkere richtsnoeren!

NGO's vrezen dat deze richtsnoeren niet veel zullen veranderen aan de situatie. Het huidige Sloveense voorzitterschap (juli-december 2021) heeft deals gesloten met minimale transparantie over de voordelen die de sponsors ontvangen. Sponsors worden nog steeds gepromoot op de website van het voorzitterschap.

De Franse regering heeft gemengde signalen over dit onderwerp gegeven. Minister van Europa Clément Beaune heeft tegen Mediapart gezegd:

"Er zal geen sprake zijn van particuliere financiering van het voorzitterschap, geen sponsoring. We openen alleen het debat, wat op een transparante manier zal worden gevoerd, of er materiële steun kan worden verleend voor specifieke kwesties. Ik zal u een heel concreet voorbeeld geven: een Franse autofabrikant mag elektrische auto's uitlenen voor een evenement, want dat is ook één van onze prioriteiten voor het klimaat. Dit is het maximum dat wij onszelf zouden toestaan, in termen van betrokkenheid van de bedrijfswereld."

Dit zou een poging kunnen zijn om verwarring te zaaien; goederen in natura van bedrijven zijn immers nog steeds sponsoring!

Ondertussen heeft Politico gemeld dat de zogenaamde Renaissance-delegatie in het Europees Parlement tegen sponsordeals tijdens het voorzitterschap is. Dit is een groep van voornamelijk Franse Europarlementariërs binnen het blok Vernieuwd Europa, waartoe ook leden van Macrons eigen En Marche-partij behoren. De Europarlementariërs stellen dat het Franse voorzitterschap van 2022 "aandacht moet hebben voor de perceptie van het publiek" en dat het "geen toevlucht moet nemen" tot dergelijke deals.

Foodwatch Frankrijk heeft in februari 2021 al een brief geschreven aan president Macron, waarin foodwatch hem vraagt zich in te zetten voor een sponsorvrij Frans voorzitterschap, door geen giften in geld of in natura aan te nemen. We wachten nog op een officiële reactie, maar we zullen druk blijven uitoefenen via onze nieuwe petitie.

Dat is het makkelijke gedeelte!

President Macron en minister Beaune moeten geen bedrijfs- of particuliere sponsordeals voor het EU-voorzitterschap accepteren. De Raad moet ervoor zorgen dat alle essentiële kosten van de voorzitterschappen uit de EU-begroting worden gefinancierd en de lidstaten (dus ook de Franse regering!) moeten zich ertoe verbinden een eerlijke prijs te betalen voor alle diensten of producten die zij ter aanvulling van hun voorzitterschappen willen aanschaffen, om elk gevoel van sponsoring, gunst of belangenconflict te vermijden.

Het Duitse voorzitterschap (juli-december 2020) heeft ervoor gekozen  onbetrouwbare sponsordeals niet te sluiten. Het komende Franse voorzitterschap zou hetzelfde moeten doen. NEE zeggen tegen bedrijfssponsoring moet de norm worden!