Nieuwsberichten 25.08.2020

8 veelgehoorde mythes over Nutri-Score ontrafeld

Voedselkeuzelogo Nutri-Score wint aan terrein in Europa. Ook Nederland zal het logo gaan invoeren in 2024. Naarmate de populariteit van dit keuzelogo toeneemt, neemt ook de kritiek uit de voedingsindustrie en bij verschillende politici toe. Zij verzetten zich tegen de invoering van het consumentvriendelijke label in Europese landen. We hebben zeven veel voorkomende mythes over de Nutri-Score op feiten gecontroleerd en laten zien waarom de tegenstanders het bij het verkeerde eind hebben...

Niet de Nutri-Score brengt de keuzevrijheid van consumenten in gevaar, maar het huidige EU-model van etikettering rondom voedingswaarden. Dit is  voor veel mensen volstrekt onbegrijpelijk. Daarentegen helpt het Nutri-Score-systeem consumenten een goed geïnformeerde keuze te maken. Door het aanbieden van eenvoudig te begrijpen informatie over hoe gezond of ongezond een voedingsproduct is.

Nutri-Score stelt geen beperkingen aan aankopen. Het label helpt consumenten om in één oogopslag te kunnen zien welk product een gezondere keuze is. Vooral in het geval van bewerkte voedingsmiddelen zoals vruchtenyoghurt, diepvriespizza's en ontbijtgranen. Het systeem stelt mensen zonder kennis van zaken in staat om producten gemakkelijk te vergelijken zonder de voedingstabellen van die producten uitvoerig te moeten bestuderen.

Tot nu toe heeft de invoering van het Nutri-Score systeem veel fabrikanten gestimuleerd om het suiker-, vet- en zoutgehalte van hun producten te verlagen. Bedrijven hebben ook de Nutri-Scores van hun producten verbeterd door het verhogen van het fruit- en groentegehalte en het toevoegen van meer voedingsvezels. Dit zijn wenselijke resultaten, omdat deskundigen het erover eens zijn dat de consumptie van suiker, vet en zout moet worden verminderd, terwijl fruit, groenten en voedingsvezels in grotere hoeveelheden moeten worden geconsumeerd.

Levensmiddelenbedrijven zijn echter ook op zoek naar goedkope oplossingen om de Nutri-Score van hun producten te verbeteren. Hoewel er nog geen sluitende studies over dit onderwerp zijn verricht, is het toegenomen gebruik van additieven, zoals zoetstoffen en smaakversterkers, zeer waarschijnlijk in specifieke productgroepen. Als voedingswaarde-etiket geeft de Nutri-Score geen informatie over additieven. Het is duidelijk dat het etiket niet alle tekortkomingen in de Europese levensmiddelenwetgeving kan verhelpen. Om de Europese consument te beschermen tegen het overmatige gebruik van additieven en de daarmee gepaard gaande gezondheidsrisico's, hebben we passende wetgeving nodig die het gebruik en de etikettering van additieven in ons voedsel strikt regelt - een maatregel waar Foodwatch al vele jaren om vraagt.

Dit is een vals argument. Geen enkele losstaande maatregel zou de obesitas-epidemie kunnen stoppen. Gezondheidsdeskundigen - onder meer van de WHO, kinderartsenverenigingen en diabetesverenigingen - zijn het er unaniem eens dat de beëindiging van de obesitas-epidemie een brede strategie vereist.  Een die niet alleen de invoering van een consumentvriendelijk voedselkeuzelogo bevat, maar ook verdere maatregelen. Denk aan het beperkingen van kindermarketing, de invoering van een frisdrankbelasting en bindende minimale voedingsnormen voor schoollunches. Een omgeving die gezond eetgedrag in het dagelijks leven vergemakkelijkt in plaats van obesitas te bevorderen kan alleen worden gecreëerd door een mix van effectieve maatregelen die elkaar versterken.

Het feit dat de Nutri-Score op zichzelf nooit het hele probleem zou kunnen oplossen, is geen geldig argument tegen de individuele maatregel, maar een overtuigende rechtvaardiging voor een alomvattend beleid tegen ongezonde voedingspatronen.

Eigenlijk is het tegenovergestelde waar. De reden dat de Nutri-Score de consument in staat stelt om verschillende voedingsmiddelen objectief te kunnen vergelijken, komt omdat de scores zijn berekend is op basis van een uniforme referentiehoeveelheid (100 gram of 100 milliliter). Als de Nutri-Score berekend zou worden op basis van de grootte van de porties, zouden fabrikanten de Nutri-Score op hun producten kunnen manipuleren door de willekeurige definitie van kleine porties.

Een andere ongewenste uitkomst van een op porties gebaseerde benadering is dat snoep en suikerspreads gezonder lijken dan ze in werkelijkheid zijn. Neem het verkeerslichtlabel van de industrie. Bijvoorbeeld het op porties gebaseerde 'Evolved Nutrition Label'. Bij dit door voedingsmiddelenbedrijven ontwikkeld label zou zelfs Nutella hazelnootpasta geen rood licht krijgen, ondanks het feit dat het bijna 90% vet en suiker bevat.

Deze bewering is niet waar, omdat het in de kern om twee verschillende zaken gaat.  De Nutri-Score zou niet aansluiten bij de Nederlandse Richtlijnen goede voeding en Schijf van Vijf, wat bijdraagt aan de ‘voedingsjungle’. Het heeft echter geen zin om algemene richtlijnen, zoals de Schijf van Vijf, te vergelijken met een voedselkeuzelogo, als de Nutri-Score. Ze streven verschillende doelen na. De Schijf van Vijf geeft aanbeveling over goede versus slechte voeding (binair). Nutri-Score helpt bij een ‘betere’ of ‘slechtere’ keuze (gradueel). De meeste mensen weten – via o.a. de Schijf van Vijf – dat ze het beste alleen onbewerkt voedsel kopen en eten. Maar in werkelijkheid kopen de meeste mensen regelmatig wél bewerkt voedsel of kant-en-klaarmaaltijden. De Schijf van Vijf en Nutri-Score spreken elkaar hierbij niet tegen, maar vullen elkaar aan. (1) Eet vers, onbewerkt, zoals een appel (Schijf van Vijf). (2) Als je dan toch appelmoes eet in plaats van een appel, kies dan de meest gezonde variant (Nutri-Score).

Algemene voedingsrichtlijnen en een vereenvoudigd voedingswaarde-etiketteringssysteem zoals de Nutri-Score hebben verschillende doelen en zijn complementair. Foodwatch vindt dat het daarom niet mogelijk en ook niet nodig is om volledige consistentie te moeten kunnen garanderen. Wanneer de voedingsrichtlijnen bijvoorbeeld de regelmatige consumptie van vis en yoghurt aanbevelen, kan de Nutri-Score de consument helpen bij de keuze van visproducten met een lager zoutgehalte en yoghurtproducten met minder suiker.

Het Nutri-Score systeem deelt de scores van dranken in op basis van de hoeveelheid positieve en negatieve voedingsstoffen. De huidige versie van het label geeft de gemiddelde appelsap een gele C omdat het grote hoeveelheden suiker bevat (zo'n 110 gram per liter).  Ondanks het hoge gehalte aan fruit en de bijbehorende gunstige voedingsstoffen. Sap is eenvoudigweg geen gezonde dorstlesser, wat wordt weerspiegeld in de Nutri-Score beoordeling. Sapjes met een nog hoger suikergehalte, zoals bijvoorbeeld rode druivensap, krijgen een rode E. 

Foodwatch staat kritisch tegenover het feit dat kunstmatig gezoete dranken relatief gunstige Nutri-Scores krijgen, omdat deze producten, ook al zijn ze suikervrij, toch obesitas en diabetes type 2 kunnen bevorderen. Om er voor te zorgen dat bedrijven niet worden gestimuleerd om meer kunstmatige zoetstoffen te gebruiken, wil foodwatch minder gunstige Nutri-Scores voor dranken die zoetstoffen bevatten.

Het mediterrane dieet wordt als gezond en evenwichtig beschouwd. Het wordt gekenmerkt door een hoge consumptie van fruit, groenten, peulvruchten en (volkoren) granen. Daarnaast matige hoeveelheden vis en zuivelproducten. En een lage consumptie van vlees en van producten met een hoog suiker-, vet- en zoutgehalte. Daarbij zijn gezonde oliën zoals olijfolie de belangrijkste bron van vet. Dit is volledig in overeenstemming met het classificatiesysteem van de Nutri-Score, dat gunstigere beoordelingen geeft aan voedingsmiddelen met een laag vet-, suiker- en zoutgehalte. Maar ook aan vezelrijke maaltijden, fruit, groenten, peulvruchten en noten. Olijfolie krijgt net als koolzaad- en walnootolie een gele C, wat de beste beoordeling is binnen de categorie "oliën". Hoewel olijfolie een relatief gezonde olie is, moet deze in relatief kleinere hoeveelheden worden geconsumeerd. Zeker in vergelijking met fruit en groenten.

Enkele Italiaanse politici hebben gezegd dat de Nutri-Score een aanval zou zijn op het mediterrane dieet omdat traditioneel geproduceerde producten zoals prosciutto, Parmezaanse kaas en gorgonzola slechte scores zouden krijgen. Deze beweringen zijn echter misleidend. De Nutri-Score laat slechts de voedingskwaliteit van deze producten zien. De genoemde drie zijn inderdaad zeer rijk aan vet en zout. Ze moeten daarom in kleine hoeveelheden worden geconsumeerd, ook binnen het mediterrane dieet.

Te oordelen naar het feit dat veel van de meer dan 400 fabrikanten die het Nutri-Score label in Frankrijk al gebruiken, kleine of middelgrote bedrijven zijn, lijkt de invoering van het label geen grote uitdagingen te vormen voor bedrijven met een kleiner budget. De registratie voor het gebruik van de Nutri-Score is gratis en het toevoegen van het logo aan de verpakking van een product is relatief goedkoop. Het idee dat alleen grote bedrijven het label zullen overnemen is dan ook een mythe. 

Een product hoeft niet opnieuw geformuleerd te worden om de Nutri-Score te kunnen gebruiken. Een producent kan echter meestal wel een betere score behalen door simpelweg het suiker-, vet- of zoutgehalte te verlagen en/of het fruit- en groentegehalte te verhogen. Er zijn geen dure technische experimenten nodig.

Dit wil foodwatch

Consumenten moeten in de supermarkt in één oogopslag kunnen zien hoe (on)gezond een product is. Zo kunnen ze producten gemakkelijker met elkaar vergelijken. Het van origine Franse voedselkeuzelogo Nutri-Score is het meest begrijpelijke model voor voedingswaarde-etikettering. Foodwatch pleit voor de verplichte invoering van de Nutri-Score in de hele EU. Omdat bij vrijwilligheid producenten van ongezonde producten waarschijnlijk niet mee gaan doen, moeten bedrijven verplicht worden het logo te gebruiken.