Nieuwsberichten 17.07.2025

Wat betekent 'ultra-bewerkt voedsel' eigenlijk?

Ultra-bewerkte voedingsmiddelen (UPF's) zijn overal: handig, goedkoop en lang houdbaar. Maar steeds meer onderzoek wijst op een verband tussen deze producten en ernstige gezondheidsrisico's, waaronder obesitas, hart- en vaatziekten en stofwisselingsstoornissen.

Wat zijn UPF's precies? Denk aan voorverpakte snacks, suikerrijke ontbijtgranen, kant-en-klaarmaaltijden en light frisdranken. Aangezien deze voedingsmiddelen de schappen van supermarkten en reclamecampagnes domineren, is het nog nooit zo belangrijk geweest om een goed beeld te hebben van hun impact op gezondheid, voeding en onze eetcultuur. Waarom floreert de voedingsindustrie op deze producten en waarom is het belangrijk dat consumenten ze herkennen?

Aantrekkelijk verpakt, makkelijk en veel te eten, thuis niet na te maken

Om ultra-berwerkte voedingsmiddelen te herkennen, moet je letten op aantrekkelijk verpakte, kant-en-klare voedingsmiddelen die gemakkelijk en snel te consumeren zijn, met vaak een hele lange waslijst aan moeilijk uit te spreken ingrediënten en toevoegingen. Denk aan instantnoedels, gesuikerde zuiveldranken met een smaakje, industrieel brood en chocolade tussendoortjes. Ze worden vaak intensief gepromoot door voedselgiganten zoals Nestlé, Coca-Cola, Unilever, Ferrero en PepsiCo: laat je niet verleiden door hun gezondheidsclaims of de smakelijke reclames op billboards en in bushokjes!

De recepten bevatten voedseladditieven en sterk bewerkte technologische ingrediënten zoals maltodextrine, gehydrogeneerde oliën, gemodificeerd zetmeel of palmolie: allemaal ingrediënten die voor industrieel gebruik zijn bestemd en die je thuis niet zou gebruiken. En ook niet kunt gebruiken, want waar koop je bijvoorbeeld de syntetische anti-oxidant E310/Propylgallaat? Voedingsadditieven zoals emulgatoren, smaakversterkers of antioxidanten zijn ook nodig om de textuur, smaak of houdbaarheid van UPF's te regelen. De ingrediëntenlijst bevat vaak veel meer dan vijf ingrediënten.

Ze hebben weinig te maken met de onbewerkte voedingsmiddelen waaruit ze zijn vervaardigd, die door industriële processen een intensieve fysische, chemische of biologische transformatie hebben ondergaan (bijvoorbeeld fractionering in meerdere componenten, 'kraken' genaamd, om zetmeel te produceren, extrusie om je favoriete ontbijtgranen te maken of verhitting tot zeer hoge temperaturen voor die uiensmaakjes waar de meesten van ons zo van houden).

Wat is het verschil tussen bewerkte en ultra-berwerkte voedingsmiddelen?

Het verschil zit hem in de mate van berwerking en het soort ingrediënten dat wordt gebruikt.

  • Bewerkte voedingsmiddelen zijn veranderd ten opzichte van hun oorspronkelijke staat om ze langer houdbaar te maken, gemakkelijker te bereiden of lekkerder te maken. Ze worden gemaakt door zout, olie, suiker of andere culinaire ingrediënten aan onbewerkte voedingsmiddelen toe te voegen. Ze blijven herkenbaar als aangepaste versies van onbewerkte voedingsmiddelen. De gebruikte verwerkingsmethoden zijn eeuwenoud en kunnen nog steeds thuis worden toegepast, zoals zouten, pasteuriseren, fermenteren, inblikken of invriezen.
    • Zo zijn ingeblikte groenten of vis, kaas, vers brood, de meeste huisgemaakte gerechten, fruitcompote of zelfgemaakte yoghurt berwerkte voedingsmiddelen.
  • Ultra-berwerkte voedingsmiddelen daarentegen ondergaan meerdere industriële processen en bevatten technologische ingrediënten en levensmiddelenadditieven. Ze lijken nog maar weinig op de oorspronkelijke grondstoffen waarvan ze zijn afgeleid.
    • Zo zijn frisdranken, koekjes, snoep, de meeste kant-en-klaarmaaltijden, fastfoodproducten en industriële gebakjes meestal ultra-berwerkt.

UPF's angstaanjagend groot deel van voedingspatroon

In heel veel westerse landen wordt er veel meer ultra-bewerkt voedsel gegeten ten opzichte van vers en licht bewerkt voedsel. In de VS is de situatie alarmerend te noemen, aangezien bijna 60% van de dagelijkse calorieën afkomstig is van UPF's. Recente bevindingen tonen aan dat deze inname de afgelopen twee decennia bij het grootste deel van de bevolking voortdurend is toegenomen. Uit onderzoek binnen het Franse NutriNet-Santé-cohort bleek dat UPF's in 2018 18,4% van het gewicht van de geconsumeerde voedingsmiddelen uitmaakten en maar liefst 35,9% van de totale energie-inname. In de EU maken UPF's tussen 15% (Roemenië) en 40% (Zweden) uit van de totale calorie-inname. Maar in Nederland is het nog slechter gesteld. Bij volwassenen is de consumptie van UPF's volgens onderzoek van het RIVM goed voor 29% van de dagelijkse voedselconsumptie in gewicht per 2.000 kcal en bepaalt deze 61% van de dagelijkse energie-inname. Kinderen consumeren zelfs nog meer UPF's per 2.000 kcal. Van hun dagelijkse energie-inname komt 75% uit ultra-bewerkte voedingsmiddelen en dranken.

De NOVA-classificatie

Het NOVA-classificatiesysteem, dat begin jaren 2000 door Braziliaanse onderzoekers is ontwikkeld, is een goedwerkend systeem voor de beoordeling van voedingsmiddelen op basis van hun verwerkingsgraad in plaats van alleen hun voedingswaarde. Deze nieuwe manier van classificeren is cruciaal gweest voor het begrijpen van de opkomst van UPF's in ons dieet. En voor het kunnen bestuderen van hun effecten op de gezondheid door voedingsmiddelen te classificeren op basis van hun verwerkingsgraad. Zodra iets is geclassificeerd, kan het worden bestudeerd: door onderscheid te maken tussen minimaal bewerkte voedingsmiddelen en sterk bewerkte producten, is de NOVA-classificatie een essentieel instrument geworden om te onderzoeken hoe voedselverwerking van invloed is op de volksgezondheid en om beleid te sturen om gezondere voeding te promoten, bijvoorbeeld door de WHO en de FAO.

NOVA classificeert voedingsmiddelen in vier groepen:

Tot deze groep horen fruit, noten, groenten, peulvruchten, rijst, pasta, eieren, vlees, vis en (rauwe) melk. Minimaal bewerkte voedingsmiddelen zijn natuurlijke voedingsmiddelen die zijn gewijzigd door middel van methoden zoals het verwijderen van oneetbare of ongewenste delen, en processen zoals drogen, pletten, malen, poederen, fractioneren, filteren, roosteren, koken, niet-alcoholische gisting, pasteuriseren, koelen, invriezen, verpakken in containers en vacuümverpakken.

Boter en zout, suiker en reuzel, olie en bloem, bedoeld om in kleine hoeveelheden te worden gebruikt in combinatie met voedingsmiddelen uit groep 1 om deze smakelijker te maken.

Deze categorie bestaat uit voedingsmiddelen die zijn geconserveerd, gepekeld, gefermenteerd of gezouten. Voorbeelden hiervan zijn ingeblikte of ingemaakte groenten of peulvruchten met toegevoegd zout, hele vruchten op siroop, augurken, traditioneel bereid brood, gerookte vis en gezouten vleeswaren. Ze worden gemaakt door zout, olie, suiker of andere stoffen uit groep 2 toe te voegen aan voedingsmiddelen uit groep 1.

Bewerkte voedingsmiddelen behouden meestal de basisidentiteit en de meeste bestanddelen van het oorspronkelijke voedingsmiddel. Maar wanneer er te veel olie, suiker of zout wordt toegevoegd, kunnen ze uit balans raken qua voedingswaarde.

Zoals hiervoor te lezen is bestaan UPF's uit uitgebreide formuleringen van ingrediënten, meestal voor exclusief industrieel gebruik, die doorgaans worden vervaardigd door middel van een reeks industriële technieken en processen. Slechts een paar voorbeelden zijn: chips, korkante muesli, kant-en-klaarmaaltijden, diepvriespizza, soep in poedervorm, en energiedranken. Ze bestaan meestal grotendeels uit suikers, oliën en zetmeel uit groep 2, gecombineerd met kleurstoffen, emulgatoren, smaakstoffen en andere additieven om ze smakelijker te maken. Ze bevatten ingrediënten die niet bekend zijn in de huishoudelijke keuken, zoals soja-eiwitisolaat, gluten, caseïne, fructoserijke siroop, dextrose en oplosbare vezels.

De NOVA-classificatie kan momenteel op kritiek rekenen, vooral uit de voedingsmiddelenindustrie. In een recent standpuntdocument verwerpt de Europese voedsellobbyorganisatie Food Drink Europe het verband tussen de mate van verwerking en de impact op de gezondheid. De lobbygroep voor de industrie stelt het dat UPF-classificaties onlogisch zijn en in tegenspraak met de wetenschappelijke evaluatie van levensmiddelen. Sommige wetenschappers en overheidsinstanties, zoals het Franse voedselveiligheidsagentschap Anses of het Belgische FOD, hebben in hun expertise ook methodologische bezwaren geuit en erop gewezen dat de classificatiecriteria van NOVA soms onvoldoende gekarakteriseerd zijn, wat tot subjectieve classificaties leidt.

De NOVA-classificatie heeft het concept van ultra-berwerking mogelijk gemaakt en is de afgelopen jaren op grote schaal gebruikt door nationale en internationale overheidsinstanties, waaronder de WHO en de FAO. En ook in onafhankelijk onderzoek naar voedingspatronen en de impact daarvan op de gezondheid. Geen enkel ander instrument heeft dit namelijk eerder mogelijk gemaakt. In februari 2025 heeft een groep wetenschappers en experts een steunbrief geschreven waarin zij het belang en het nut van de NOVA-classificatie benadrukken.

Voedselberwerking en voedingsprofielen: twee complementaire benaderingen

Is informatie over de voedingswaarde van voedingsmiddelen niet voldoende? Met andere woorden, hebben we informatie nodig over de mate van berwerking? Het is waar dat UPF's over het algemeen een slechtere voedingskwaliteit hebben. In een analyse van 79.512 ultra-berwerkte voedingsmiddelen (geclassificeerd als NOVA 4) uit de database Open Food Facts France (2021) van Franse voedingsproducten, hebben onderzoekers van het Franse EREN-team (Nutritional Epidemiology Research Team) vastgesteld dat 87,5% van de ultra-berwerkte voedingsmiddelen is geclassificeerd als Nutri-Score C, D en E, terwijl 12,5% een Nutri-Score A of B krijgt, op basis van de nieuwste versie van het algoritme achter Nutri-Score. Hetzelfde onderzoeksteam slaagde erin om het algemene verband tussen de mate van verwerking en de voedingskwaliteit van voedingsmiddelen te analyseren. Tussen mensen met een voedingskundig gunstiger dieet en mensen met een minder voedingskundig gunstig dieet bleek 32 % van het verschil te wijten te zijn aan verschillen in voedingskwaliteit tussen voedingsmiddelengroepen, terwijl 22% te wijten was aan de keuze van ultraverwerkte voedingsmiddelen in een bepaalde voedingsmiddelengroep.

Hoe zit het in andere landen? In Spanje bleek uit een onderzoek dat ultra-berwerkte voedingsmiddelen in alle Nutri-Score-categorieën voorkomen, variërend van 26,08% in voedingscategorie A, 51,48% in categorie B, 59,09% in categorie C, 67,39% in categorie D tot 83,69% in voedingscategorie E.

De mate van verwerking en de voedingskwaliteit zijn twee complementaire gezondheidsdimensies van voedingsmiddelen: een zelfgebakken cake wordt niet als ultra-berwerkt beschouwd, ondanks de lage voedingskwaliteit en de noodzaak om deze met mate te eten. De WHO werkt momenteel aan een voorstel voor een operationele consensusdefinitie van UPF's. Hopelijk kan dit leiden tot een betere integratie van deze twee belangrijke begrippen, namelijk voedingswaarde en mate van verwerking van voedingsmiddelen, en kan dit helpen om vooruitgang te boeken. Foodwatch zou er voorstander van zijn om consumenten te helpen UPF's op een eenvoudige manier in de winkelrekken te herkennen, voortbouwend op de voedingswaarde-etikettering die al door Nutri-Score wordt gedekt. Gezien de huidige wildgroei aan logo's en labels zou het voorstel om Nutri-Score uit te breiden met een zwarte banner/kader/lijst om ultra-berwerkte voedingsmiddelen aan te geven – zodra een operationele definitie volledig is uitgewerkt – een praktische stap voorwaarts kunnen zijn.

UPF's worden momenteel door verschillende volksgezondheidsinstanties aangewezen als producten waarvan de consumptie moet worden verminderd. De WHO en de FAO benadrukken het verband tussen een hoge consumptie van UPF's en een slechte gezondheid. De Duitse Voedingsvereniging geeft voedingsrichtlijnen waarin de nadruk ligt op de consumptie van onbewerkte, minimaal bewerkte voedingsmiddelen (groenten, fruit, volkoren granen, peulvruchten en noten) en pleit voor een dieet dat inherent suggereert om sterk bewerkte producten te beperken. Ook de Nederlandse richtlijnen moedigen de consumptie van onbewerkte of minimaal bewerkte voedingsmiddelen aan. Deze aanbevelingen zijn samengevat in de "Schijf van Vijf”, de visuele weergave van de Nederlandse voedingsrichtlijnen.

We hebben nog genoeg op ons bord: steun ons!

Foodwatch is een 100% onafhankelijke organisatie die elke overheidsfinanciering of donaties van bedrijven weigert. Zo voorkomen we belangenconflicten! Het zijn jullie donaties die onze vrijheid van meningsuiting en acties garanderen om te onderzoeken, alarm te slaan en dingen in beweging te krijgen. Samen maken we een harde vuist. Hartelijk dank voor je steun!

Ja, ik doneer!